DT News - Netherlands - Een succesvolle praktijkoverdracht

Search Dental Tribune

Een succesvolle praktijkoverdracht

Arjan Wijnands

Arjan Wijnands

di. 4 september 2018

Bewaar

Een praktijk verkopen doet u niet dagelijks. Misschien is het wel een van de belangrijkste en spannendste beslissingen in uw leven. Er komt in korte tijd veel op u af. Het startpunt van een succesvolle praktijkoverdracht is het uitstippelen van een exit-plan, vertelt Arjan Wijnands, sectorspecialist voor o.a. de mondzorg bij ABN AMRO, in dit verhelderende artikel.

Op een dag neemt u afstand van uw praktijk en wilt u de eindverantwoordelijkheid niet langer dragen. Bij de praktijkoverdracht komen juridische, fiscale of financiële zaken kijken. Maar het gaat hierbij ook om mensen, emoties, waarden en uw patiënten. Daarom is een planmatige aanpak gewenst.Op een dag neemt u afstand van uw praktijk en wilt u de eindverantwoordelijkheid niet langer dragen. Bij de praktijkoverdracht komen juridische, fiscale of financiële zaken kijken. Maar het gaat hierbij ook om mensen, emoties, waarden en uw patiënten. Daarom is een planmatige aanpak gewenst.

Kies het juiste moment

Hoe bereidt u zich voor op een praktijkoverdracht? Wat is bijvoorbeeld het juiste moment om de praktijk over te dragen? Dit is volledig afhankelijk van uw persoonlijke en zakelijke wensen. Zit u tegen een pensioen aan, dan heeft u vaak andere wensen dan iemand van vijftig die op zoek is naar een sterke partner om samen te groeien. Vaak is het een combinatie van factoren waardoor een praktijkhouder besluit te verkopen. In een exit-plan brengt u in kaart waarom uw de praktijk wilt verkopen. Dit is de basis voor een succesvolle overdracht.

Maak een exit-plan 

Maak eerst een overzicht van de voor u belangrijkste doelstellingen. Het proces loopt soms anders dan u vooraf inschatte. U moet misschien wat water bij de wijn doen. Een planmatige aanpak helpt u dan ook om uw doelstellingen helder te krijgen en zal ook waardevol zijn in het verkoopproces.

1. Persoonlijke doelstellingen

Het eerste gedeelte van een exit-plan gaat over uzelf. U zet op een rij waarom u de praktijk wilt verkopen, op welke manier u afscheid wilt nemen en binnen welke termijn u terugtreedt. Ook schrijft u op wat u wilt bereiken met de overdracht. Zo bereidt u zich emotioneel voor op de verkoop.

Het eerste gedeelte van uw exit-plan richt zich op uw privésituatie. Hier beantwoordt u onder andere deze vragen:

• Wilt u zo snel mogelijk de praktijk verkopen?

• Wilt u een zo hoog mogelijke opbrengst?

• Wilt u de opbrengst ineens ontvangen?

• Wilt u uw volgende levensfase financieren met de opbrengst?

 

2. Zakelijke doelstellingen: uw praktijk

Het tweede gedeelte van uw exit-plan richt zich op uw praktijk. Hier beantwoordt u onder andere deze vragen:

• Hoe werkt u naar uw exit toe?

• Op welke manier verhoogt u de waarde van uw praktijk?

• Wilt u nog betrokken blijven bij de praktijk? Financieel? Of als adviseur?

• Is het bewaken van de continuïteit van uw praktijk belangrijk?

 

Stel prioriteiten in doelstellingen

U heeft de persoonlijke en zakelijke doelstellingen van de praktijkoverdracht op papier gezet. Soms zitten doelstellingen elkaar in de weg. Bent u bijvoorbeeld bereid een 85% verkoopopbrengst te accepteren als u uw praktijk hierdoor 6 maanden eerder verkoopt? U behaalt wellicht niet al uw doelstellingen tijdens de verkoop van uw praktijk. Stel daarom prioriteiten in uw doelstellingen. Zo bepaalt u wat u echt belangrijk vindt bij praktijkovername.

Lees regelmatig het exit-plan door

Uw beweegredenen en wensen staan nu in het exit-plan. Dit is een belangrijke leidraad tijdens het verkoopproces. Lees het regelmatig door. Zo houdt u focus en blijft u op koers. U verliest uw doelen van de praktijkoverdracht niet uit het oog.

Door een exit-plan op te stellen, bereidt u zich goed en tijdig voor op de praktijkoverdracht. Schakel ook op tijd een adviseur in voor de praktijkovername. Dan staat u er niet alleen voor bij een van de belangrijkste beslissingen in uw leven.

Maar nu is het zover. U heeft een opvolger gevonden en gaat uw praktijk overdragen. Dit heet in fiscale zin het staken van de onderneming. Hoe werkt dit in de praktijk?

Wat is stakingswinst

Bij staking van de onderneming moet u belasting betalen over de gerealiseerde meerwaarde. De meerwaarde is het verschil tussen de werkelijke waarde en de boekwaarde. U kunt hierbij denken aan bedrijfsmiddelen, zoals gebouwen en inventaris en goodwill voor het overnemen van het patiëntenbestand.

Belastingclaim

Deze meerwaarde vormt een stakingswinst en wordt bij de reguliere winst uit uw praktijk opgeteld. U moet hierover belasting betalen. Het wordt in box 1 belast volgens het progressieve tarief met een maximum van 52%.

De fiscus heeft hiervoor een tweetal faciliteiten:

• Algemene stakingsfaciliteit

• Specifieke stakingsfaciliteiten

De algemene stakingsfaciliteit is opgebouwd uit twee faciliteiten, de stakingsaftrek en de mogelijkheid voor aankoop van een stakingslijfrente. Als u uw onderneming staakt, bijvoorbeeld omdat u deze hebt verkocht, heeft u recht op een stakingsaftrek van € 3.630. U mag de stakingsaftrek in mindering brengen op de stakingswinst. U betaalt over dit gedeelte dan geen belasting.

Stakingslijfrente

Soms is het aantrekkelijk om uw stakingswinst om te zetten in een stakingslijfrente. Hierdoor kunt u de belasting over de stakingswinst uitstellen. U betaalt belasting op het moment dat u de winst in termijnen aan u laat uitkeren. Bij de omzetting van de stakingswinst in een stakingslijfrente moet u rekening houden met aanspraken uit beroeps- en bedrijfspensioenfondsen. Heeft u deelgenomen aan een verplichte beroepspensioenregeling (SPT), dan moet de economische waarde ten tijde van staking in mindering worden gebracht op de om te zetten stakingswinst. De te benutten stakingslijfrente kan hierdoor fors worden verlaagd.

De stakingslijfrente moet gebruikt worden voor het aanvullen van een pensioentekort. De stakingslijfrente mag in de volgende drie vormen:

• Oudedagslijfrente: levenslange lijfrente, moet ingaan uiterlijk op de AOW-leeftijd van de ondernemer.

• Nabestaandenlijfrente: lijfrente ten gunste van de partner van de ondernemer bij overlijden.

• Tijdelijke oudedagslijfrente: lijfrente die ingaat tussen de AOW-gerechtigde leeftijd en de AOW-leeftijd plus vijf jaar. De uitkering moet minimaal vijf jaar duren, maar mag niet meer dan € 21.483 (2018) per jaar bedragen.

Praktijkoverdracht 

Als u jarenlang een goedlopende praktijk hebt gehad, heeft u flink wat zogenaamde goodwill opgebouwd en kan uw opvolger op een rijdende trein springen. De praktijkorganisatie en een vaste stroom aan patiënten zorgen ervoor dat zijn inkomsten voor een belangrijk deel gewaarborgd zijn. Dat is de commerciële waarde die uw bedrijfsnaam vertegenwoordigt, die echter meestal niet in de boeken staat.

In dit voorbeeld ga ik uit van een (vereenvoudigde) situatie dat er bij het staken van uw IB-onderneming een meerwaarde wordt gerealiseerd. Daarbij valt te denken aan goodwill en meerwaarde pand. Hierover zal in principe met de fiscus moeten worden afgerekend. Ook over een eventuele oudedagsreserve moet u belasting betalen, tenzij u de belastingheffing uitstelt doordat u de oudedagsreserve omzet in een lijfrente. Er zijn diverse manieren om aan directe afrekening over de stakingswinst te ontkomen, zoals de stakingslijfrente, geruisloos doorschuiven en overdracht tegen een winstrecht. Ik beperk me even tot de meest voorkomende situatie, namelijk de stakingslijfrente.

Hoe ziet dit eruit in de praktijk? Een vereenvoudigd voorbeeld. 

Een tandarts van 65 verkoopt zijn praktijk. Op de balans van de onderneming staat een praktijkpand met een fiscale waarde van € 50.000. De tandarts die de onderneming overneemt, betaalt voor het pand € 300.000 (werkelijke waarde) en voor de goodwill € 100.000.

Voorbeeld stakingswinst                                                                                        Bedrag

(stille reserves in het pand €300.000 -/- €50.000)                                        € 250.000

Goodwill                                                                                                                    € 100.000
Stakingswinst                                                                                                           € 350.000

Af: stakingsaftrek                                                                                                    € 3.630

Stakingswinst                                                                                                           € 346.370
Af: MKB-vrijstelling 14%                                                                                       € 48.491

Belast volgens progressief tarief                                                                          € 297.879

Belasting à 52%                                                                                                       € 154.897

Netto te ontvangen                                                                                                 € 142.982

Heeft u nog een schuld op het praktijkpand, dan moet u deze in mindering brengen op het netto te ontvangen bedrag!

Om deze belastingclaim uit te stellen, is er een fiscale faciliteit: het omzetten van de stakingswinst in een stakingslijfrente. Hiermee voorkomt u dat u gelijk 52% moet afrekenen. Er zijn wel regels met betrekking tot deze faciliteit. Zo zijn er bepaalde maxima (€ 454.237).

In bovenstaand voorbeeld mag maximaal € 346.370 worden gebruikt voor een stakingslijfrente. Over de periodieke uitkering moet u uiteraard wel belasting betalen. Kortom, het is best ingewikkeld. Laat u goed adviseren wat voor u het beste is. Elke situatie is tenslotte anders!

Over de auteur

Arjan Wijnands FFP CFP® is sectorspecialist Medische en Vrije Beroepen bij ABN AMRO. Hij adviseert en begeleidt tandartsen bij diverse ondernemersvraagstukken.

Labels:
To post a reply please login or register
advertisement
advertisement