Search Dental Tribune

Column Erik Ranzijn: Intercity

Foto: 123RF

vr. 11 oktober 2024

Bewaar

Ik maak weleens gebruik van de trein, maar de reisgoden zijn me niet altijd gunstig gezind. De hinder die ik bij de spoorwegen ondervind is vaak toe te schrijven aan externe factoren waar ik volkomen buiten sta. Dan heb ik het over vertragingen, uitval van materieel of sein- en wisselstoringen. Soms, moet ik tot mijn schande bekennen, zijn de verstoringen van mijn reis te wijten aan mijn eigen onoplettendheid, onervarenheid of onbegrip.

Desondanks lukt het me in dergelijke gevallen toch om het instituut Nederlandse Spoorwegen of diens medewerkers (een deel van) de schuld in de schoenen te schuiven. Bij succes heeft de mens de neiging de oorzaak hiervan toe te schrijven aan het eigen handelen en bij falen ligt dat aan iets of iemand anders. Toen ik slaagde voor mijn rijbewijs (lang geleden) lag dat natuurlijk aan mijn onberispelijke rijstijl, die ik sindsdien heb weten vol te houden. Al de keren daarvóór dat ik zakte, lag dat natuurlijk aan andere weggebruikers die onverwacht van rechts kwamen of de examinator die iets tegen studenten met piekhaar had.

Zo was ik op een ochtend op weg van Amsterdam naar Maarn, waarbij ik in Utrecht moest overstappen. Desgevraagd vertelde de conducteur me dat ik op hetzelfde perron aan de andere kant in de trein naar Arnhem moest stappen. Hij verzuimde echter erbij te vertellen dat ik eerst even moest wachten tot de sneltrein van dat spoor vertrokken was en de stoptrein de vrijgekomen plaats had ingenomen. Daar moest ik zelf achter komen toen ik op hoge snelheid langs het station van Maarn denderde.

Ook bedient Pa Spoor zich van een verwarrende terminologie. Ik zou bij mijn vriend Chris op bezoek gaan die in Zaandam woont. De afstand is uitstekend per fiets te overbruggen, maar de regen bracht mij ertoe de trein te nemen. Met een sprintje wist ik de intercity naar Enkhuizen te bereiken. Toen deze stilhield op het station in Sloterdijk – een troosteloos station in een even troosteloos kantorengebied aan de rand van de stad – had ik gewaarschuwd moeten zijn. De trein passeerde zowel Zaandam als Purmerend, plaatsen die ik in dit licht toch als ‘city’ zou willen classificeren in tegenstelling tot Sloterdijk, om pas voor het eerst weer tot stilstand te komen in Hoorn. Op zich een leuk stadje, maar nu even niet.

Ik raadpleegde de borden en stapte na een kwartiertje in een Sprinter naar Amsterdam. Deze zou alle tussengelegen stations aandoen, dus voordat er een sprintje getrokken kon worden, stond ie alweer stil. Verwarring alom. Na een station dat voor de gezelligheid Kersenboogerd was genoemd, kwam de conducteur langs en scande mijn ov-kaart. Nu was hij ook in verwarring. “Waar bent u ingestapt?” Ik legde hem uit dat ik ten gevolge van een misverstand in Hoorn terecht was gekomen. Volgens hem had ik daar moeten uitchecken en opnieuw moeten inchecken. “Dan had ik twee keer betaald voor een reis die ik überhaupt niet had willen maken”, was mijn repliek. Hij liet me met rust en voortaan lees ik de borden met meer aandacht.

To post a reply please login or register
advertisement