DT News - Netherlands - “Moderne praktijk vereist efficiënte routing en uitgekiend meubilair”

Search Dental Tribune

“Moderne praktijk vereist efficiënte routing en uitgekiend meubilair”

Arno Cornelissen, expert in praktijkinrichting en eigenaar van Cornelissen Interieurs/Cident.
Gerrit Jan Logt

Gerrit Jan Logt

wo. 7 september 2016

Bewaar

Als iemand een onderbouwde visie heeft op de ideale praktijkruimte van de hedendaagse tandarts, is het Arno Cornelissen. Al vijfentwintig jaar specialiseert hij zich in het ontwerpen en inrichten van praktijkruimtes van tandartsen en mondhygiënisten, onder andere als onafhankelijk adviseur van de afdeling Tandheelkunde van het Radboudumc. Hij kwam bij honderden, zo niet duizenden tandartsen over de vloer, ging met hen in gesprek over wensen en mogelijkheden, en gaf vervolgens vorm aan hun praktijk. Intussen zag Cornelissen de wereld – en daarmee de tandartspraktijk – ingrijpend veranderen. Dental Tribune ging in gesprek met deze gedreven vakman. Over het belang van de richtlijn Infectipreventie in mondzorgpraktijken (hierna WIP-richtlijnen genoemd), do’s en don’ts en de toekomst van de dentale praktijk.

De meeste tandartsen zijn zelfstandige, soms wat eigenwijze mensen, vindt Arno Cornelissen. “Die zelfstandigheid krijgen ze ook vanuit hun opleiding gestimuleerd, daar is niets mis mee.” De eigenaar van Cornelissen Interieurs en Cident benadrukt dat hij zich op geen enkele manier wil bemoeien met het tandheelkundig handelen zelf. “De primaire werkruimte van een tandarts is de vierkante meter in en rond de mond van de patiënt, of nog preciezer: de tien vierkante centimeter in en rond de mond,” zegt hij. Op dat beperkte oppervlak speelt het werk van de tandarts zich af, daaromheen moet alles en iedereen – met name ook de assistenten – zodanig werken en functioneren dat de tandarts optimaal zijn werk kan doen. Juist in dat bredere verband, de organisatie rondom de tandarts, inclusief diens praktijkruimte, kan het gemakkelijk mislopen.

Burn-out
“Als assistentes inefficiënt moeten werken en het proces niet soepel verloopt, dan loopt de tandarts zelf over en ligt een burn-out op de loer. Dat moet je zien te voorkomen. Ik help de tandarts door mee te denken met zijn assistenten,” zegt Cornelissen.

De praktijkinrichting-expert wijst op een aantal fundamentele factoren die er momenteel voor zorgen dat de organisatie van praktijk en praktijkruimte, inclusief routing en workflow, steeds belangrijker wordt voor het succes van de dentale praktijk. In de eerste plaats is er volgens Cornelissen een toegenomen economische druk op de tandarts. Die moet behalve medisch professional meer en meer ondernemer en manager worden. “De tandarts die tegenwoordig een goede boterham wil verdienen is genoodzaakt op twee of drie stoelen te werken,” zegt Cornelissen. Dat vereist een efficiënte workflow en een duidelijke taakverdeling waarbij iedereen precies weet wat hij of zij op moment X moet doen.

WIP-richtlijnen
En dan zijn er natuurlijk de WIP-richtlijnen. “Die staan als een paal boven water, eigenlijk al sinds de werkgroep in 1980 werd opgericht. “Sindsdien is de werkgroep alleen maar invloedrijker geworden. De WIP-richtlijnen benadrukken het belang van het scheiden van functies en zijn gericht op schoon en veilig werken.”

Ook zijn eigen denken – en daarmee zijn ontwerpen voor meubels en praktijkruimtes – is doordrenkt van ‘WIP’, vertelt Cornelissen. Dat begint in de sterilisatieruimte van de praktijk. “De WIP-richtlijnen schrijven wel dingen voor – bijvoorbeeld dat een werkoppervlak schoon en zo leeg mogelijk moet zijn en dat je met je schone spullen uit de spatzone moet blijven – maar vertellen niet hoe je dat moet doen. Welnu, dat hoe verwerk ik in mijn ontwerpen.”

Een derde belangrijke factor die de praktijkinrichting momenteel bepaalt is volgens Cornelissen de toename van het aantal vrouwen dat werkzaam is als tandarts. “Vaak werken zij in deeltijd, en ook dat vereist een duidelijke scheiding van taken en functies.”

Sterilisatieruimte centraal
Hoe gaat een intakegesprek met een tandarts over de inrichting van diens praktijkruimte in zijn werk? Cornelissen: “Ik begin met heel goed te luisteren. Hoe werkt de tandarts, op hoeveel stoelen, met welke assistenten en overige disciplines? Wat zijn de wensen, de ambities?” Vervolgens gaat Cornelissen naar zijn ontwerpstudio, om na te denken en te tekenen. Op basis van vijf of zes basisvarianten maakt hij dan een ontwerp voor deze specifieke tandartspraktijk.

“Ik begin altijd met de sterilisatieruimte. Zoals een architect met de fundering begint, zo begin ik met de sterilisatieruimte,” zegt Cornelissen. De plek waar de vuile en gebruikte instrumenten en materialen binnenkomen, worden gereinigd, eventueel gesteriliseerd en klaargemaakt voor nieuwe behandelingen en patiënten, is bij uitstek het domein van de assistenten. Volgens Cornelissen is de sterilisatieruimte bijna gelijk aan de tandartsstoel en het hart van de moderne dentale praktijk. Hij adviseert tandartsen dan ook om de sterilisatieruimte allesbehalve een ‘sluitpost’ te laten zijn in het uitdenken van hun praktijk.

Kleurcodes
Voor de eigen fabriek, in de volledig op tandheelkunde ingerichte showroom – volgens eigen zeggen de enige in Nederland – maakt Arno Cornelissen duidelijk dat hij ontwerpt, bouwt en inricht vanuit een sterke centrale visie, waarin de WIP-richtlijnen allesbepalend zijn. Zijn aanpak en filosofie kenschetst Cornelissen als ‘smart, met een vleugje lean.’ Opvallend in de meubels zijn bijvoorbeeld de gebruikte kleurcodes die op alle relevante plekken – laden, treden, kastjes, enzovoorts – worden gebruikt: rood voor vuil, grijs voor de machinale reinigingszone en groen voor schoon. In de groene zone worden ook de behandeltrays voor elke patiënt klaargemaakt. Is dat werken met drie kleuren niet overdreven simpel voor de gemiddelde assistent? Cornelissen: “Assistenten zijn over het algemeen intelligente mensen. Maar het werken in de praktijk is vaak hectisch, druk, er moet op veel dingen tegelijk worden gelet. De kleuren bieden dan houvast, ook onbewust, om schone en vuile spullen te allen tijde gescheiden te houden.”

Cornelissen toont verschillende tubs en cassettes, ook weer in verschillende kleuren, waarin de materialen (tubs) en instrumenten (cassettes) voor bijvoorbeeld een endo- of parobehandeling separaat worden verpakt en vervoerd. Zowel in de behandelkamer als in de sterilisatieruimte bespaart het niet los maar gegroepeerd bewaren van instrumenten en materialen enorm veel tijd, en het voorkomt prikaccidenten. Vanuit een achterliggende corridor kunnen assistenten instrumenten en materialen aanvullen zonder in de behandelkamer te hoeven komen (WIP).

Toekomst
“Vroeger was de tandartspraktijk behandelkamer annex balieruimte annex wachtruimte annex sterilisatieruimte,” zegt Cornelissen. “Tegenwoordig zijn al die functies, en daarmee de ruimtes, gescheiden en geprofessionaliseerd.” Is die nieuwe situatie al overal werkelijkheid? Zo ver is het nog niet, volgens Cornelissen. Naar zijn inschatting werkt nog circa een derde van de tandartsen op de ‘oude’ manier, maar is de tijd van de solistisch werkende tandarts nu echt voorbij.

Een uitgekiend ontwerp voor de praktijkinrichting kan de tandarts en diens assistenten helpen op een nieuwe, meer efficiënte en WIP-conforme manier te gaan werken. “Door over te stappen naar een efficiëntere manier van werken met een optimale logistiek in de praktijk, kan de tandarts zonder stijging van werkdruk veelal twee of drie patiënten meer per dag behandelen," aldus Cornelissen. In diens oplossing worden rode en dus vuile delen langs een logische routing zorgvuldig gescheiden gehouden van de groene in het werkmeubel, in de sterilisatieruimte maar ook in die werkkasten en trolleys. In het gekozen werkblad worden naadloze afvalkokers gemonteerd, die mogelijke prikincidenten voorkomen en het werkblad vrijhouden.

Hoe ziet de toekomst van de dentale praktijk eruit? “Ik zie nu al in de markt dat patiënten via cliënten echt klanten zijn geworden,“ zegt Cornelissen. “Die tendens zal doorzetten.” Patiënten worden steeds mondiger en ook mobieler. Tandartsen zullen steeds meer moeite moeten doen om patiënten als klant in hun praktijk te behouden. Hoe kunnen tandartsen dat doen? “Allereerst door goed werk te leveren natuurlijk, maar ook door het charmeren van de patiënt. Niet alleen in de wachtkamer via wifi, tv en een kinderspeelplek, maar ook in de behandelkamer, door het aanbieden van volledige narcose, een koptelefoon, een 3D-bril en aangename geuren en kleuren.” Tot slot is het bieden van transparantie een must: “Laat zien wat je doet als tandarts, hoe je steriliseert of protheses maakt, laat de patiënt in je keuken kijken. Zo win je vertrouwen.”

To post a reply please login or register
advertisement
advertisement