Search Dental Tribune

Nare ervaring cruciaal bij tandartsfobie

Loes Raats

Loes Raats

di. 1 november 2016

Bewaar

AMSTERDAM – Mensen die extreem angstig zijn voor de tandarts noemen vrijwel unaniem een nare ervaring in de tandartsstoel als bron van die angst. Gemiddeld is de herinnering aan die ervaring al ruim twintig jaar oud. Dit blijkt uit promotieonderzoek van tandarts-angstbegeleiding Caroline van Houtem (ACTA) aan de UvA.

Van Houtem ontdekte dat de karakteristieken van de beschreven nare herinneringen – onder meer de mate van akeligheid en levendigheid – sterk samenhangen met de algemene mate van angstigheid van de proefpersonen. Hoe angstiger de persoon in kwestie, hoe groter de kans dat de herinnering nog zeer levendig en akelig was.

Die samenhang zegt weliswaar niet of een intens nare gebeurtenis ervoor zorgde dat de patiënt angstiger werd, of dat de angstige patiënten de gebeurtenissen heftiger ervoeren. In een tweede, meer verkennende studie onderzocht Van Houtem daarom hoe patiënten met angst voor de tandarts een nieuwe behandeling ervaren. Hiervoor onderzocht ze 46 angstige en 66 niet-angstige patiënten die een invasieve behandeling ondergingen. Direct na afloop waren de angstige patiënten gemiddeld negatiever over de ervaring, maar verrassend genoeg twee weken daarna nog negatiever. Een patroon waar bij niet-angstigen geen sprake van was.

Van Houtem verklaart dat patroon aan de hand van nieuwe inzichten in de plastische aard van herinneringen. “Elke keer als je een herinnering ophaalt, is het geheugenspoor aan verandering onderhevig. Wanneer iemand met tandartsangst in de stoel ligt, triggert die omgeving de oorspronkelijke nare herinnering. Dat roept een stressrespons op. Die reactie beïnvloedt vervolgens hoe de huidige ervaring wordt opgeslagen, waardoor ook die een nare lading krijgt. Dit roept een stressrespons op wanneer je er in de weken na afloop aan terugdenkt en zo wordt de herinnering steeds negatiever.”

Om die vicieuze cirkel van het oprakelen en meer beladen opslaan van herinneringen aan het tandartsbezoek te doorbreken, pleit Van Houtem ervoor primair in te zetten op traumabehandeling van de oorspronkelijke nare herinnering, die de latere ervaringen kleurt. “Nu richten we ons meestal primair op angstbehandeling, maar ik denk dat die pas effectief is als je de eerste nare herinnering aanpakt. Anders is het dweilen met de kraan open.”
(bron: ACTA)

To post a reply please login or register
advertisement
advertisement