DT News - Netherlands - “Met intra-oraal scannen is nog niet alles mogelijk”

Search Dental Tribune

“Met intra-oraal scannen is nog niet alles mogelijk”

Martijn Moolenaar.
Laura van Dee

Laura van Dee

wo. 13 juni 2012

Bewaar

Martijn Moolenaar is met recht een tandheelkundige duizendpoot te noemen. Zes jaar geleden begon hij de tandartspraktijk Dental Design Center te Blaricum. Zijn specialisaties zijn de implantologie en de esthetisch/restauratieve tandheelkunde. Hij is lid van meerdere wetenschappelijke verenigingen en geeft regelmatig lezingen en workshops. Dental Tribune vroeg hem naar zijn ervaring met en visie op de verschillende afdrukmethoden die de tandarts tegenwoordig ter beschikking staan, in het kader van het themanummer hierover dat op dinsdag 19 juni verschijnt.

Gebruikt u in uw praktijk de spuitafdruk of de intra-orale scanner?

Op dit moment vooral de conventionele spuitafdruk. Ik heb twee jaar geleden een mondscanner aangeschaft – van het merk Cadent – en gebruikte die in het begin erg veel. Enige tijd geleden is door een softwareupdate van de scanner het één en ander misgegaan. De scanner maakte verkeerde berekeningen, waardoor de modellen niet klopten. Een aantal van mijn patiënten, die soms van ver komen, moest daarom opnieuw naar de praktijk komen, zodat ik alsnog een spuitafdruk kon maken. Ik wil mijn patiënten niet in de problemen brengen en heb daarom destijds besloten weer op de spuitafdruk over te gaan. Toch ben ik ervan overtuigd dat digitale tandheelkunde de toekomst heeft. Overigens lijkt het erop dat door recente nieuwe softwareaanpassingen de scanner weer beter werkt.

Waarom heeft u destijds voor een scanner van iTero gekozen?

Het was één van de weinige scanners die destijds beschikbaar waren en ik kende mensen die de iTero in Nederland hebben geïmporteerd. Andere scanners, zoals de Trios, zijn pas later gekomen. Daarnaast was het de eerste scanner waarbij de tanden van een patiënt niet gepoederd hoefden te worden voor een opname. Ik heb voor mijn afstuderen onderzoek gedaan naar de CEREC-scanners – die zitten al in de vierde of vijfde generatie – en bij dat merk moeten tanden gepoederd worden voor de opname vanwege de reflectie van de camera.

Hoe is het gebruik van een mondscanner u bevallen, afgezien van de softwareproblemen?

Een groot voordeel van het gebruik van een mondscanner is dat een tandarts gelijk kan zien wat voor opname hij gemaakt heeft. De computer geeft het aan als hij gebitsdelen niet herkent, vertelt je hoeveel ruimte er in de beet is en of er voldoende opnames gemaakt zijn.
Het is een jonge technologie en daarom is nog niet alles ermee mogelijk. Modellen voor kronen, onlays en andere eenvoudige werkstukken kan een mondscanner goed verwerken, maar modellen voor facings bijvoorbeeld niet. De scan van een facing op zich is geen probleem, maar het maken van modellen wel. In de modellen werd niet goed verwerkt waar de papillen stonden tussen de preparaties.
Ook bij implantaten is een mondscanner nog niet de beste methode om een model te creëren. Een verbetering is wel dat er nu scanvlaggetjes op de markt zijn gekomen die vast moeten worden geschroefd op de implantaten, zodat een betere scan gemaakt kan worden. De scanmethoden voor implantaten beginnen zich nu pas echt te ontwikkelen en dat voor een beperkt aantal implantaatmerken.

Is het voordeel van mondscanners niet juist dat ze nauwkeuriger zijn dan een spuitafdruk?

In het digitale werkveld, dus op het beeldscherm, zijn modellen op basis van mondscan inderdaad nauwkeuriger dan modellen op basis van een spuitafdruk. Als van de digitale afdrukken echter een model wordt gefreesd, sluipen ook in deze modellen discrepanties.

Zelf geeft u voorlopig dus de voorkeur aan de spuitafdruk. Wat zijn voor u belangrijke voor- en nadelen van deze methode?

Een groot voordeel van de spuitafdruk is dat tandartsen er veel ervaring mee hebben. Het gaat ze makkelijk af in een kort tijdsbestek. Een nadeel is dat er in de modellen van spuitafdrukken veel fouten zitten. Uit een Engels onderzoek is gebleken dat slechts 11% van de spuitafdrukken voor kroon- en brugwerk foutloos was of dusdanig goed dat er verder gewerkt kon worden. In 89% van de modellen zaten heftige of iets minder heftige fouten.
Een ideale methode op basis waarvan een model gecreëerd kan worden, lijkt mij een afdruklepel die in één keer een video van de hele kaak maakt. Mijn verwachting is dat de ontwikkelingen binnen de restauratieve tandheelkunde die kant op zullen gaan.

Lees het volledige interview in het juninummer van Dental Tribune, dat verschijnt op dinsdag 19 juni.
 

To post a reply please login or register
advertisement
advertisement