DT News - Netherlands - Minister scherp ondervraagd over taakherschikking mondzorg

Search Dental Tribune

Minister scherp ondervraagd over taakherschikking mondzorg

Minister Edith Schippers (VWS) tijdens het Kamerdebat van 21 februari.
Ben Adriaanse

Ben Adriaanse

wo. 22 februari 2017

Bewaar

DEN HAAG – Minister Edith Schippers wil een akkoord over taakherschikking in de mondzorg waarin alle partijen zich kunnen vinden. Zij hekelt de slechte sfeer die onderling over deze kwestie is ontstaan. Dat kwam naar voren in het Kamerdebat over de mondzorg van 21 februari, waarin de minister onder andere aan de tand werd gevoeld over weggelakte passages in belangrijke gespreksverslagen.

Henk van Gerven (SP) startte met een vlammend betoog waarin hij de zorgen en boosheid van veel tandartsen treffend verwoordde. Hij constateerde dat het niet goed gaat met de mondzorg voor ouderen en Schippers “de kop in het zand steekt” voor het groeiende tandartsentekort. Inmiddels staan in Nederland al drieduizend buitenlandse tandartsen geregistreerd, merkte Van Gerven op, en dat aantal neemt snel toe: er komen jaarlijks evenveel buitenlandse tandartsen als in Nederland afgestudeerden bij. De minister heeft daarop niet ingegrepen, maar nota bene in 2014 de stekker uit het onderzoek en advies van het Capaciteitsorgaan getrokken. Dit orgaan deed driejaarlijks zorgvuldig onderbouwde aanbevelingen voor het aantal opleidingsplaatsen tandheelkunde en mondzorgkunde.

Van Gerven heeft het gevoel dat Schippers de taakherschikking “erdoorheen wil drukken,” zonder zich voldoende af te vragen of dit wel tot de door haar genoemde kwaliteitsverbetering leidt. “Het kan toch niet zo zijn dat de visie van de minister is: ‘lager opgeleid is goedkoper’? Daar gaat het toch niet om in de gezondheidszorg? Het gaat om kwaliteit,” aldus het SP-Kamerlid.

Het komt niet vaak voor dat een beroepsgroep zélf vraagt om een hogere opleidingscapaciteit, signaleerde Hanke Bruins Slot (CDA). Haar partij maakt zich zorgen over het tandartsentekort en over de complexiteit van de discussie rond taakherschikking. Bruins Slot maakte de beroepsgroep een compliment over de toenemende nadruk op preventie, maar ziet wel ruimte voor verbetering: zo gaan veel kinderen niet naar de tandarts, hoewel hun behandelingen volledig door de basisverzekering worden vergoed.

Bagatelliseren
De vertegenwoordigers van de regering kregen scherpe aanvallen te verduren. Agnes Wolbert (PvdA) hield een sympathiek pleidooi voor het terugdringen van de correlatie tussen sociaal-economische status en mondgezondheid. Dat Wolbert niet al te happig bleek op meer opleidingsplaatsen, kwam haar echter op enkele interrupties te staan. In plaats daarvan wil Wolbert “kijken wat er met de mondhygiënisten mogelijk is.” Het probleem van de buitenlandse tandartsen bagatelliseerde zij door te stellen dat zij zelf een Turkse tandarts heeft die goed werk levert.

Arno Rutte (VVD) kreeg op zijn beurt kritiek op zijn opmerking dat “dit niet het moment is” om te besluiten tot het opleiden van meer tandartsen. Hij wil het opstellen van kwaliteitsrichtlijnen voor de mondzorg afwachten om na te gaan welke aanbevelingen hieruit volgen. Bruins Slot wierp tegen dat het nu vergroten van de opleidingscapaciteit pas jaren later effect zal hebben en dat er daarom niet onnodig lang gewacht moet worden.

Slechte sfeer
Minister Schippers van VWS sprak de wens uit dat de beroepsgroepen in de mondzorg elkaar beter kunnen vinden. “Ik vind het daarbij erg jammer dat de sfeer zo slecht is.” Zij geeft aan te willen blijven overleggen om alles waar onenigheid over is, door te spreken. Mondhygiënisten worden niet pas sinds vorig jaar opgeleid met de nieuwe zelfstandige bevoegdheden, benadrukte zij, maar al meer dan tien jaar. “We zien dat de beroepsgroep van de mondhygiënisten zich hier enorm voor inspant. Je moet ze dan wel positieve energie blijven geven.”

De verschillen die er zijn, worden in een volgend overleg op 15 maart besproken. Daarbij riep Schippers op tot een betere onderhandelingssfeer, waarbij zij de soms gebezigde toon hekelde, zowel naar elkaar als naar de minister zelf. “Natuurlijk heb ik gezien dat de inhoudelijke onenigheid enigszins is geëscaleerd. Ik heb brieven van de ANT gekregen die ik nauwelijks publiek durf te maken. Zo bot schrijven we normaliter geen brieven naar elkaar.” Zij wil bij het overleg alle betrokken partijen en experts aan tafel.

Röntgenologische scholing mondhygiënist wordt twistpunt
Die ‘onenigheid’ spitst zich sinds de afgelopen weken onder meer toe op de röntgenologische scholing van de mondhygiënist, zo erkende ook Schippers. In diverse ambtelijke gespreksverslagen wordt gesuggereerd dat het onderwijs in de opleidingen tandheelkunde en mondzorgkunde op dit punt nagenoeg gelijkwaardig zou zijn. Uit de oorspronkelijke documenten en interne mailwisselingen, die ook door Dental Tribune werden ingezien, blijkt echter stellig het tegendeel. “Er zou meer dan honderd uur onderwijs voor nodig zijn om het niveau van de mondzorgkundigen op te trekken tot ‘in staat zelfstandig röntgenfoto’s te indiceren voor parodontale en cariësdiagnostiek en de verantwoordelijkheid voor stralingshygiëne te kunnen hebben’,” zo stelde een bron bij ACTA recentelijk. Dit zou de wenselijkheid van het röntgenologische aspect van de taakherschikking op losse schroeven zetten.

Bonnetjesaffaire wordt ‘weglakaffaire’
Van Gerven confronteerde Schippers met een aantal weggelakte notities uit gespreksverslagen van begin 2016 tussen het ministerie en de opleidingen tandheelkunde en mondzorgkunde in achtereenvolgens Amsterdam en Utrecht. Volgens de ANT, die de hand op de originele documenten wist te leggen, is daarbij cruciale informatie verdwenen. Hierdoor leek het alsof volgens de aanwezigen het opleidingsniveau van tandartsen en mondhygiënisten in de betreffende bevoegdheden min of meer gelijk was, terwijl dit volgens degenen die de gesprekken bijwoonden juist niet de conclusie was. Deze onjuiste informatie werd vervolgens doorgegeven aan de hoogste ambtenaren en de minister van VWS.

Schippers verwierp deze aantijgingen stellig, maar niet geheel overtuigend door te stellen dat het om persoonlijke notities van beleidsmedewerkers ging die “uiteraard” niet rondgestuurd dienden te worden. Inspectie van de bewuste passages wijst echter uit dat het zeker niet in alle gevallen om persoonlijke notities ging, maar om zinnen of alinea’s die een ambtenaar mogelijk minder bevielen. Daar komt bij dat ambtenaren door de NVM aangeleverde gegevens rechtstreeks doorspeelden naar het ministerie, hoewel de opleidingen mondzorgkunde hierin volgens de ANT te rooskleurig werden voorgesteld.

“Elke suggestie dat wij informatie willen manipuleren, werp ik verre van mij. Bovendien baseren we dit experiment echt niet op informatie uit één enkel verslagje,” stelde de minister desondanks. Van Gerven riep in een reactie terecht op tot transparantie, maar de analogie die het SP-Kamerlid trok met de ‘bonnetjesaffaire’ leek evenwel wat overtrokken.

Tot besluit zegde de minister toe dat zij de opleiders en experts aan tafel uitnodigt, om alle onenigheid en misverstanden weg te kunnen nemen en te onderzoeken wat de beste oplossing is. Niet alleen voor de taakherschikking, maar ook voor het aantal opleidingsplaatsen.

To post a reply please login or register
advertisement
advertisement