DT News - Netherlands - NZa: grote praktijkvariatie in gedeclareerde mondzorgkosten

Search Dental Tribune

NZa: grote praktijkvariatie in gedeclareerde mondzorgkosten

Tessa Vogelaar

Tessa Vogelaar

do. 12 juli 2018

Bewaar

UTRECHT – De gemiddelde mondzorgkosten per patiënt waren in 2016 per tandartspraktijk 219,55 euro. Dat blijkt uit de Monitor mondzorg 2018 van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). De NZa benadrukt in haar conclusies de grote spreiding tussen praktijken van de gemiddeld gedeclareerde kosten per patiënt. Wanneer uitschieters niet worden meegenomen, blijkt die spreiding beperkt. De NZa meldt verder onder meer grote prijsverschillen in materiaal- en techniekkosten en een stijging in de totaal gedeclareerde kosten per patiënt.

De gedeclareerde mondzorgkosten per patiënt per praktijk liepen in 2016 uiteen van gemiddeld ruim 50 euro tot gemiddeld ruim 2300 euro. De praktijkvariatie is groot, zo wordt geconcludeerd. De 5% praktijken met de hoogste gedeclareerde omzet per patiënt blijken echter voor de uitschieters te zorgen. Daar liggen de kosten per patiënt tussen de 387,05 en 2.303,04 euro. Zonder deze uitschieters, en zonder de 1% praktijken met de laagste gemiddelde kosten per patiënt, blijkt de spreiding beperkt. Bij 94% van de praktijken gaat het dan nog om kosten tussen de 90,85 en 387,05 euro.

De uitschieters worden mogelijk verklaard door gedifferentieerde praktijken die complexe behandelingen uitvoeren, meldt de NZa. Praktijken gespecialiseerd in tandprothetiek of implantologie zullen doorgaans hogere kosten per patiënt hebben dan ene praktijk voor consultatie en diagnostiek, aldus de zorgautoriteit.

Over de geconstateerde grote praktijkvariatie zegt de NZa geen waardeoordeel te kunnen vormen, omdat de oorzaak ervan niet is onderzocht. “Mogelijk is goed te motiveren waarom sommigen praktijken meer omzet per patiënt declareren dan andere praktijken. Anderzijds is het mogelijk dat de praktijkvariatie wordt veroorzaakt door niet juist declaratiegedrag.”

In de monitor worden naast de grote praktijkvariatie nog vier kernbevindingen aangehaald. Zo neemt de gemiddelde gedeclareerde omzet per patiënt toe in relatie tot de ontwikkeling van de tarieven en is een omzetstijging zichtbaar in de orthodontie. Daarnaast nemen zowel de kosten van preventieve als curatieve zorg toe en worden materiaal- en techniekkosten volgens de zorgautoriteit vaak onjuist geregistreerd.

Tot slot erkent de NZa dat de prestatiestructuur in de mondzorg complex is. De zorgautoriteit wil hier de komende tijd samen met branche- en beroepsverenigingen aan werken. Zo wordt gedacht aan een structuur die makkelijk innovaties en nieuwe technieken toelaat en preventieve zorg bevordert. Of de NZa hierbij volledig tegemoet zal komen aan critici die stellen dat het huidige stelsel innovatie, preventie en state-of-the-art tandheelkunde ontmoedigt, valt echter nog te bezien, aangezien hiervoor ingrijpende wijzigingen in het tariefsysteem nodig zouden zijn. In eerdere, veelbesproken interviews met onder anderen Paul de Kok en James Huddleston Slater sr. werden de onvolkomenheden van het huidige systeem helder benoemd.

De NZa vermeldde op meerdere plaatsen dat geen onderzoek is gedaan naar de oorzaken van de cijfermatige trends. Beroepsvereniging ANT, die de NZa eerder schriftelijk heeft aangesproken op ongegronde negatieve berichtgeving, vindt deze nuancering onvoldoende. “Een onderzoek uitgevoerd op alleen gegevens van de zorgverzekeraars en zonder het meenemen van de economische context blijft een onvolledig beeld geven van de mondzorgsector,” valt op de ANT-website te lezen.

Ook de KNMT vindt de monitor een onjuiste weergave van de werkelijkheid en heeft de NZa hierop aangesproken. Volgens de KNMT gaat de zorgautoriteit in haar analyse voorbij aan de aantrekkende economie gedurende de onderzoeksperiode, waardoor de patiënt andere keuzes heeft gemaakt uit de behandelmogelijkheden. Ook zou er sprake zijn van een inhaalslag in behandelingen na de economische crisis. Beide beroepsverenigingen geven wel aan open te staan voor een gesprek over een nieuw bekostigingssysteem.

De Monitor mondzorg heeft de ontwikkelingen in de mondzorg tussen 2013 en 2016 in kaart gebracht aan de hand van data van Vektis. Alleen mondzorg die gedeclareerd is via de zorgverzekeraar (basis- en aanvullende zorg) is meegerekend. De gehele Monitor mondzorg 2018 is hier te vinden: https://puc.overheid.nl/nza/doc/PUC_243564_22/1/).

Labels:

2 thoughts on “NZa: grote praktijkvariatie in gedeclareerde mondzorgkosten

  1. Dental Tribune Netherlands says:

    Hartelijk dank voor uw reactie. Wij horen graag de mening van onze lezers en nemen deze serieus. Mogelijk interessant voor u: binnenkort willen wij meer aandacht besteden aan de (werkwijze en houding van de) Nza.
    Vriendelijke groet, redactie Dental Tribune.

  2. Wasser says:

    Wat een dom verhaal / conclusies van de NZA.
    Elke Nederlander met enige wetenschappelijke opleiding/achtergrond weet dat dit soort conclusies onzin zijn. Gegochel met cijfers. Appels met peren vergelijken. Bij de NZA ontbreek het blijkbaar aan deze kennis. Jammer dat men zich eerst niet bijschoold. Alles maar mag roepen en vinden. Wanneer wordt deze organisatie nu eens gevisiteerd op hun kennis hoe om te gaan met data die zij van derden ontnemen…..wie gaat daar nu eens iets aan doen.
    Moet iedereen maar klakkeloos deze onzin meldingen voor lief nemen.
    Wanneer stopt deze verspreiding van gegevens door deze door de overheid gesubsidieerde club nu eens.
    Welke politicus heeft de moed om dit orgsan een halt toe te roepen…….ik denk niet een. Het is namelijk een onder deel van ons polder model….

To post a reply please login or register
advertisement
advertisement